Het interieur

De kerk beschikt over een aantal zeer fraaie interieurstukken; het hoogaltaar met bovenin het H. Hartbeeld waaraan de kerk is toegewijd van Otto Mengelberg, de preekstoel uit 1892, de kruiswegstaties van N. Poland, de schildering “Laaste Oordeel ook van N. Poland, de Lourdesgrot en het glas-in-loodraam met Maria en Bernadette bij de grot. Alle gebrandschilderde glas-in-lood ramen zijn van de hand van Friedrich en Otto Mengelberg. Het pronkstuk is het orgel (rijksmonument) uit 1827 welke gebouwd is door Wander Beekes.

Gewelfde kelder

Onder de gehele kerk zit een gewelfde kelder die altijd onder water staat. Dit voorkomt dat de koppen van de houten palen kunnen rotten. Ter controle kan er met een plat vlot onder de gehele kerk worden doorgevaren.

Lourdesgrot

Bijzonder is ook de imitatie van de Lourdesgrot in de Mariakapel. Aan het eind van de 19e eeuw raakten Lourdesgrotten “op locatie” in de mode. Omdat, zeker in die tijd, niet iedereen zich kon veroorloven naar Lourdes te reizen, ontstonden in diverse landen replica’s. Pastoor Van Groeningen, die een enorme verering had voor O.L.V. van Lourdes, maakte van de grot een bedevaartsoord, waarheen tot 1915 jaarlijks een processie werd gehouden met pelgrims uit de wijde omgeving. Om de processie in goede banen te leiden, werd de kerk voorzien van een kooromgang.